Mijn Steentje: Onno Graafland

Next Volley Dordrecht maakt graag gebruik van de diensten die een aantal ouders van jeugdleden geheel vrijblijvend verrichten. Zonder dat ze lid zijn, dragen ze toch hun steentje bij. Die ouders zetten we in het zonnetje. Bij deze het vierde interview in deze serie: Onno Graafland, o.a. lid van de coronacommissie.

Beschouwen

Een zwoele donderdagavond op het terras van de beach. Het is goed uit te houden in de schaduw van de kastanjebomen. Met enige fantasie zou het zo een zomeravond op een typisch Frans lommerrijk dorpspleintje kunnen zijn, maar de werkelijkheid is enigszins ontnuchterend. Geen wijn, geen stokbrood, geen jeu de boules-baan. Toch is het een prima ambiance om met Onno als ‘hulpouder’ bij Next Volley Dordrecht, wat zaken te beschouwen. En ‘beschouwen’ zo blijkt na afloop van het gesprek is het trefwoord van deze avond. Onno is de vader van de volleyballende jeugdleden Lara (17), Merlijn (15) en Sterre (13). Marie-Clair Neve overigens de moeder. Zij kan ook zo in deze rubriek, want Marie-Clair is al jarenlang vertrouwenspersoon bij onze club.

Astrea

Onno is actief bij Next Volley Dordrecht, maar in tegenstelling tot al zijn kinderen speelt hij zelf geen volleybal bij onze vereniging. “Anders val je ook niet binnen de categorie om in deze rubriek te verschijnen”, lacht hij. Het is terecht opgemerkt. Hij volleybalt overigens wel, maar dan bij Astrea. De andere Dordtse club. Al jaren is hij daar actief bij de recreanten. Ooit getipt door een collega om daar te gaan spelen en toen blijven hangen, is de korte samenvatting van zijn actieve volleyballoopbaan. Tegenwoordig vervult hij daar ook de rol van secretaris in het bestuur.

Coronacommissie

Op de vraag ‘wat doe je bij onze vereniging?’ komt een antwoord waar Onno de juiste formulering zoekt. “Ik ben op een aantal terreinen de aanjager of zo je wil, promotor om het bestuur te prikkelen.” Zo was hij actief om de hele accommodatie van Next Volley Dordrecht helemaal rookvrij te krijgen. Iets dat al enkele jaren zo is. Bij zijn werkgever, het Albert Schweitzer Ziekenhuis is hem dat ook gelukt. “Ook ben ik door het bestuur gevraagd om in de coronacommissie plaats te nemen, toen de coronapandemie uitbrak. Velen, dus ook onze club, waren zoekende om op een passende wijze binnen de steeds wisselende regelgeving, toch alles draaiende te houden. Dat viel niet altijd mee, zeker niet in de tijd toen we met allerlei maatregelen wel weer mochten.”
“Wat ik dan in die coronacommissie deed? Wel, dan weer het bestuur adviseren, soms heel operationele zaken regelen en ook meekijken met de juiste communicatie.”

Meedenken

Onno vervolgt: “Het leuke aan dit soort zaken is, dat je steeds meer mensen in de vereniging leert kennen. Dit blijft niet beperkt tot een klein kringetje rond de teams van mijn volleyballende kinderen. Daarnaast past het mij wel om mee te denken en met allerlei mogelijke nieuwe initiatieven te komen. Vaak dus in een beschouwende rol, maar meestal ook als aanjager van iets. Ik ben er eigenlijk vanzelf ingerold, maar je moet wel open staan om dingen te doen in een sportvereniging. Dat is ook de reden waarom ik sinds kort secretaris ben bij mijn ‘eigen’ club Astrea.”

Gewaardeerd

We komen toe aan wat Onno zo specifiek en daarmee ook goed vindt aan Next Volley Dordrecht. “Dat familiegevoel,” antwoordt hij zonder na te denken. “Voor sommigen lijkt het misschien als heel vanzelfsprekend, maar deze vereniging is heel toegankelijk. Voor ons als nieuwelingen voelde dat destijds meteen als een warm bad. En niet onbelangrijk: je wordt gewaardeerd als je wat doet.”
Onno heeft ooit wel wat andere sportieve activiteiten gedaan, zoals fietsen, maar nooit in sportverband. Hij fietste in zijn jeugd regelmatig van geboorteplaats Leerdam naar Culemborg. Een afstand van 14 kilometer, dus goed om een ijzeren conditie op te bouwen. Nu is hij vooral actief als volleyballer. “Sport kijken? Nee, buiten de wedstrijden van mijn kinderen, doe ik dat maar heel weinig.”

Kindercardioloog

In het dagelijkse leven is Onno kinderarts in het Albert Schweitzerziekenhuis (ASZ). “In 2000 was ik klaar met mijn studie als basisarts en in 2003 startte ik de opleiding voor kindergeneeskunde, die ik in 2008 heb afgerond. Dat was ook het jaar dat ik in Dordrecht ben gaan werken. Mijn patiënten zijn dus allemaal jonger dan 18 jaar. Kinderen worden in het ziekenhuis zeker niet alleen door een kinderarts geholpen, ook andere specialisten zien kinderen. In veel situaties is het zo dat het nog wel een verschil maakt of een volwassene of een kind in behandeling wordt genomen. In dat laatste geval komen mijn collega kinderartsen en ik in beeld. Daarnaast hebben wij in ons team ook weer specialisaties. Zelf ben ik o.a. gespecialiseerd in kindercardiologie. Als je mij vraagt waarom ik ooit voor de kindergeneeskunde heb gekozen, kan ik je het antwoord niet goed geven: ik vond het ‘gewoon’ leuk. Maar het is meer dan leuk geworden. Ik vind het fantastisch om zowel de pasgeborene als de puber en zijn/haar ouders te ‘behandelen’ en samen tot een plan te komen.
Dat ik ook na zoveel jaar een opleiding heb mogen doen binnen de kindercardiologie, maakt het vak nog diverser en daarmee leuker.” 

Hobby’s

We komen te spreken over de hobby’s van Onno. “Lastig om échte hobby’s op te noemen. Ik heb periodes gehad dat ik veel las. Vooral Fantasy. En als ik mijn voorkeur voor muziek moet noemen, dan is dat de muziek van Queen.” Een bucketlist heeft Onno niet ergens in een laatje klaarliggen, maar wat hij nog graag zou willen? “Een rondrit door en langs de nationale parken in Amerika lijkt me geweldig. Met een camper ja.”

De duisternis op het terras van de beachclub begint in te vallen en het is de mooie omlijsting om te vragen naar wat of wie hem inspireert. Een lange stilte gevolgd door een bedachtzaam “hm, hm.” Het tekent de beschouwer die, zoals hij het zelf zegt, Onno is. “Wat mij inspireert zijn bijvoorbeeld collega’s die in staat zijn heel primair te reageren. Of die soms verrassend en heel anders over zaken denken. Zelf ben ik meer een observeerder, maar het mooie is dat we vaak samen weer op hetzelfde uit komen. Ik leer zo weer van anderen en collega’s leren weer van mij.”

Open armen

De slotvraag bij het interview in deze rubriek, die toch vooral de ouderbetrokkenheid belicht, blijft terugkomen: wat zou je tegen andere ouders binnen Next Volley Dordrecht willen zeggen?
“Schroom niet om aan te geven dat je kan helpen. Dat je iets kan betekenen. Dat kan net zo goed iets kleins zijn. Je wordt met open armen ontvangen.”
Treffende woorden als apotheose van een geanimeerd interview met de secretaris van Astrea, kinderarts in het ASZ, maar bovenal de vader van zijn bij Next Volley Dordrecht spelende kinderen. 

De volgende in deze serie: Valery Hunnik, secretaris van Next Volley Dordrecht.